De sonnet is wellicht de bekendste dichtvorm. Van oorsprong komt de sonnet uit Italië maar William Shakespeare staat ook bekend om zijn sonnetten.
Een sonnet bestaat uit veertien regels en vier verzen. De eerste twee verzen hebben elk vier regels en de laatste twee hebben elk drie regels. Ook heeft een sonnet een vast rijmschema:
A,B,B,A
C,D,D,C
E,F,E
F,E,F
Voorbeelden van een sonnet
Hoe lang is het geleden dat ik in je armen lag
Jouw zachte hand door mijn haren woelde
Ik je warme lippen op de mijne voelde
Te lang geleden dat ik je lieve ogen zag
’s Avonds, in bed ben jij in mijn gedachten
Met open ogen droom ik dan mijn dromen
Terwijl ik wist dat je niet zou komen
Heb ik daar uren op je liggen wachten
Waarom moest nu uitgerekend jij verdwijnen
Ik koester de laatste ogenblikken dat ik je zag
Ik mis je gebaartjes, de grote en de kleine
Ik mis je lieve woorden, je vrolijke lach
Ik mis je lichaam dicht tegen de mijne
Ik mis alles aan je en mis het elke dag